Met een afzet van water op onder andere Antiqua, Haïti, Barbados Bahama’s, St Kitts & Nevis die allen een tekort aan zoetwater hebben, kan Suriname rond de 4,5 miljard US dollar per jaar verdienen. Dit bedrag kan vele malen hoger worden aangezien de 4,5 miljard US dollar slechts van drie procent van het water dat nu wordt afgevoerd naar zee (151 miljard kubieke meter) berekend is.
Elke Surinamer heeft de beschikking over 228.000 kubieke meter in tegenstelling tot iemand uit de Bahama’s die slechts over 57 kubieke meter beschikt.
Dinsdag tijdens een discussieavond gaf John Goedschalk, directeur van Conservation International, deze cijfers aan. Volgens hem is er een ‘gouden toekomst’ voor Suriname weggelegd bij de export van zoetwater. Goedschalk: “Het wordt steeds duidelijker dat ontzilting en waterbesparing geen oplossing zijn. De oplossing is dus dat landen met veel water gaan verkopen leveren aan landen met een tekort.”
Echter waarschuwde hoogleraar klimaat en water Sieuwnath Naipal voor de nadelen. “Al dat water dat we nu de zee inlozen is onder andere van invloed op de visstand. Het is een onderdeel van een ecosysteem. En daar mag je niet mee experimenteren.” Een ander bezwaar is volgens Alwin Linger, onderdirecteur van de Surinaamse Waterleiding Maatschappij (SWM), dat er nog teveel mensen zijn die niet de beschikking hebben over goed drinkwater. “Het is een lastige discussie als je weet dat we in Goede Verwachting mensen niet meer dan een openbare tapkraan of een erfkraan kunnen aanbieden.”
